Dit waren de moeilijkste vragen van de FlexKennisAwards 2020

Denise Brijan 9 november 2020 3 min
Categorie: artra nieuws

Op dinsdag 27 oktober vond de vierde editie van de FlexKennisAwards plaats. Het was wederom een groot succes. Nooit eerder deden zo veel uitzendprofessionals mee aan deze pittige toets. Ook dit jaar waren het twee vrouwen die per categorie de hoogste score behaalden. Wil je jezelf alvast een voorsprong geven op de volgende FlexKennisAwards? Lees dan even verder, want we geven in deze blog toelichting op drie van de moeilijkste vragen van dit jaar.

De winnaars zijn…

Dit jaar waren Moniek Olsthoorn van Carrière Uitzendbureau (categorie ABU) en Janet Razenberg van UBM Uitzendbureau (categorie NBBU) de slimsten. Zij maakten de 75 vragen van de toets het beste van alle deelnemers. Gefeliciteerd ladies!

Dit waren de moeilijkste vragen

De vragen in de toets van de FlexKennisAwards zijn altijd pittig, maar er waren een aantal onderwerpen die de meeste deelnemers wel erg lastig vonden. Wat opviel is dat met name vragen over de toepassing van de AVG en het proces bij het toepassen van de inlenersbeloning niet goed gemaakt werden. Maar ook een aantal loongerelateerde onderwerpen bleken lastig, zoals de handelswijze bij het loon dat op het WML-niveau ligt, het bepalen van het uurloon en loondoorbetaling bij ziekte. We lichten drie van de moeilijke vragen uit, met toelichting van BOU-trainer Marta Nokkert-Dabrowska. Doe er je voordeel mee voor de FlexKennisAwards voor 2021!

Vraag 1: Inlenersbeloning

Een uitzendonderneming komt er na 3 maanden achter dat, ondanks een juist werkproces voor het vaststellen van de inlenersbeloning, het loon van de flexwerker verkeerd is uitbetaald. Er is geen schriftelijke bevestiging van de looncomponenten opgestuurd aan de flexwerker. Moet het loon van de flexwerker gecorrigeerd worden?

  • a. Nee, als een proces van het vaststellen van de inlenersbeloning aanwezig is, hoeft het loon niet gecorrigeerd te worden;
  • b. Nee, omdat er geen sprake is van opzet dan wel kennelijk misbruik;
  • c. Ja, omdat de flexwerker geen schriftelijke bevestiging van zijn looncomponenten heeft gekregen;
  • d. Ja, een verkeerde inlenersbeloning moet altijd met terugwerkende kracht gecorrigeerd worden

Het goede antwoord hier had moeten zijn: antwoord C. Want conform de cao voor uitzendkrachten is de uitzendonderneming verplicht bij iedere terbeschikkingstelling een aantal elementen schriftelijk te bevestigen. Als het niet het geval is kan de inlenersbeloning, conform art 9 van de cao, met terugwerkende kracht worden aangepast.

Vraag 2: AVG

Welke gegevens van een flexwerker mag de uitzendonderneming volgens de wet Algemene Verordening Gegevensbescherming registreren? Let op, meerdere antwoorden kunnen juist zijn.

  1. Nationaliteit
  2. Personalia van ouders
  3. Ras
  4. Lichamelijke beperking voor bepaald werk
  5. Gegevens vorige werkgevers

Het enige wat je niet vast mag leggen volgens de AVG is het ras van de flexwerker. Dit is namelijk niet relevant voor het functioneren van de flexwerknemer en valt onder bijzondere persoonsgegevens. Het is verboden om bijzondere persoonsgegevens te verwerken, tenzij er een wettelijke uitzondering is. Alle andere antwoorden zijn goed. De nationaliteit van de werknemer is noodzakelijk om belastingtechnische redenen. Personalia van ouders is relevant bij minderjarige werknemers. Want als je persoonsgegevens verwerkt van personen jonger dan 16 jaar, dan moet je daarvoor schriftelijk een akkoord hebben van de ouder, verzorger of wettelijke vertegenwoordiger. Of een flexwerker lichamelijke beperkingen heeft voor bepaald werk mag je vastleggen, omdat dit van invloed is op welk werk de flexwerker aankan. Ook gegevens van vorige werkgevers mag je vastleggen. Het staat immers ook op het cv.

Vraag 3: Wettelijk minimumloon

Een werknemer verdient het wettelijke minimumloon van €1.650 (fictief bedrag). Wat is zijn uurloon bij een fulltime werkweek van 38 uur?

Antwoord: €10,03

Berekening: Volgens de wet minimumloon en minimumvakantiebijslag mag de werkgeven nooit minder loon betalen dan het wettelijk bepaald bedrag. Om ervoor te zorgen dat het uurloon niet onder het WML komt, kan de rekenmethode uit de cao van uitzendkrachten-  maandloon: (4,35 *Normale arbeidsduur) niet toegepast worden.  In plaats daarvan vermenigvuldigen we het maandloon- in di t geval  €1650 met 12 maanden. Dit jaarloon á € 19800 delen we door 52 weken in het jaar en vervolgens door de normale arbeidsduur – in dit geval 38 uur per week. Zo komen we op het bedrag van €10,0202429, dus €10,03. Bij het WML ronden we altijd naar boven af!

Dit waren drie van de moeilijkste vragen van de FlexKennisAwards 2020.Wil je dit jaar beter scoren en met de winst naar huis gaan? Neem eens een kijkje in ons trainingsaanbod. Handige trainingen en e-learnings om je kennis bij te spijkeren zijn bijvoorbeeld:

>